Industrie nieuws
De impact van de lengte van de borstelharen op de scheernabijheid: nieuwe onderzoeksresultaten
- 791 keer bekeken
- 2025-11-25 02:31:23
De impact van de lengte van de borstelharen op de scheernabijheid: nieuwe onderzoeksresultaten
Decennia lang hebben scheerliefhebbers en -fabrikanten gedebatteerd over de rol van de lengte van de scheerkwastharen bij het bereiken van een gladde, comfortabele scheerbeurt. Hoewel het materiaal van de borstelharen (das, wild zwijn, synthetisch) en de dichtheid lange tijd belangrijke aandachtspunten zijn geweest, is de specifieke invloed van de lengte op de gladheid van het scheerresultaat tot nu toe onderbelicht gebleven. Een recent gezamenlijk onderzoek tussen ons productieteam en onafhankelijke verzorgingslaboratoria werpt een nieuw licht op deze kritische variabele en biedt bruikbare inzichten voor zowel consumenten als spelers uit de industrie.
De onderzoekscontext: waarom de lengte van de borstelharen belangrijk is

De belangrijkste rol van een scheerkwast is het creëren van een rijk schuim door lucht in scheerschuim of zeep te kloppen en dat schuim vervolgens gelijkmatig op de huid af te geven, terwijl de haartjes worden opgetild voor een gladdere scheerbeurt. Traditionele wijsheid suggereerde dat langere borstelharen het schuimvolume zouden kunnen vergroten, maar vragen bleven hangen: betekent langer altijd beter? Kan een te lange lengte de controle verminderen, of kunnen te korte borstelharen de verdeling van het schuim beperken, wat beide rechtstreeks van invloed is op hoe nauwkeurig een scheermes het haar kan trimmen?
Om deze vragen te beantwoorden ontwierp ons team een gecontroleerd experiment dat uitsluitend gericht was op de lengte van de borstelharen, waarbij variabelen als materiaal (alle borstels gebruikten hoogwaardige synthetische vezels, bekend om hun consistentie), dichtheid (180 borstelharen per vierkante centimeter) en handvatontwerp werden geïsoleerd. Gedurende zes weken testten 120 deelnemers met verschillende baardtypes (fijn, medium, grof) vier borstellengtes: 21 mm (kort), 24 mm (middelkort), 27 mm (middellang) en 30 mm (lang).
Methodologie: Nabijheid en comfort meten

Elke deelnemer gebruikte dagelijks één borstellengte, volgens een gestandaardiseerde routine: voorbereiding met warm water, 30 seconden lang inzepen en een enkele scheerbeurt met een nieuw veiligheidsscheermesje. Belangrijke statistieken omvatten:
- Lengte van haarresten: Gemeten met een precisiemicrometer onmiddellijk na het scheren en 24 uur later (om rekening te houden met de perceptie van hergroei).

- Huidirritatie: beoordeeld via feedback van deelnemers en dermatologische scores (roodheid, micro-schaafwonden).
- Effectiviteit van het schuim: duur van het vasthouden van het schuim (hoe lang het dik op de huid bleef) en uniformiteit van de crèmeverdeling.
Belangrijkste bevindingen: De "Goudlokjezone" voor borstellengte
Uit de gegevens bleek een duidelijk patroon: de lengte van de borstelharen correleert niet lineair met de gladheid van het scheerresultaat. In plaats daarvan ontstond er een ‘sweet spot’, waarbij middellange borstelharen (24-27 mm) in de meeste statistieken beter presteerden dan zowel kortere als langere opties.
- Dichtheid: borstels met borstelharen van 24 mm en 27 mm leverden de kortste gemiddelde haarresten op (respectievelijk 0,21 mm en 0,23 mm), vergeleken met 0,28 mm voor 21 mm en 0,32 mm voor 30 mm. Dit komt overeen met de mechanische logica: langere borstelharen (30 mm) buigen overmatig onder druk, waardoor de kracht wordt verspreid die nodig is om het schuim in de haarzakjes te drukken. Kortere borstelharen (21 mm), hoewel stijver, slaagden er niet in voldoende schuimvolume op te bouwen, waardoor er plekken met ongesmeerde huid achterbleven en het haar ongelijkmatig opsteeg.
Huidcomfort: Middellange lengtes minimaliseerden ook irritatie. Penselen van 24 mm en 27 mm scoorden 15% minder op het gebied van roodheid en 20% minder micro-slijtage dan 21 mm (stijvere borstelharen veroorzaakten wrijving) en 30 mm (overmatig schuimen leidde tot langdurige blootstelling van de huid aan chemicaliën).
Variabiliteit in baardtype: met name grove of gekrulde baardtypes behaalden optimale resultaten met borstelharen van 27 mm - hun extra lengte kon beter omgaan met ongelijke follikelhoeken. Fijne, rechte baarden presteerden echter het beste met 24 mm, omdat kortere lengtes onnodige schuimvorming verminderden.
Gevolgen voor consumenten en fabrikanten
Voor consumenten is de boodschap duidelijk: ‘one-size-fits-all’ is een mythe. Degenen met dikke, krullende baarden moeten voorrang geven aan borstels van 27 mm om ervoor te zorgen dat het schuim diep in de follikels doordringt, terwijl degenen met fijn of dun gezichtshaar baat zullen hebben bij 24 mm voor precisie.
Voor fabrikanten onderstreept het onderzoek de noodzaak van ontwerp op maat. In plaats van één enkele lengte massaal te produceren, zouden merken gelaagde opties moeten aanbieden die zijn afgestemd op het baardtype, net zoals we nu doen met onze "Pro-Adjust"-lijn, die varianten van 24 mm (Fijn/Straight) en 27 mm (Grof/Curly) omvat. Bovendien maximaliseert de combinatie van optimale lengte en dichtheid (we raden 180–200 borstelharen/cm² aan voor deze lengtes) zowel het schuim als de controle.
Conclusie
Deze studie overbrugt een cruciale leemte in de verzorgingswetenschap en bewijst dat de lengte van de borstelharen niet alleen een kwestie van esthetiek is, maar een functionele drijfveer voor de scheerkwaliteit. Door zich te concentreren op het bereik van 24-27 mm en rekening te houden met de variabiliteit van het baardtype, kunnen consumenten hun dagelijkse routine naar een hoger niveau tillen, terwijl fabrikanten meer gerichte, effectieve producten kunnen innoveren. Naarmate de sector zich verder ontwikkelt, dient dit onderzoek als basis voor het herdefiniëren van 'optimaal' in het ontwerp van scheerkwasten: borstelhaar voor borstel.
